Description
Fergus Austin, Borrisokane, Co. Tipperary (Ierland) maakt deel uit van een werkgroep van boeren die de hoeveelheid gras op het bedrijf meet om ervoor te zorgen dat er voldoende aanbod is. Bijna alle veehouders van de groep hebben een veebezettingsgraad van 3 of meer koeien/ha op het beweidingsplatform. Hieruit wordt een dekking van 180-200 kg droge stof per koe bepaald, bij de aanvang van de tweede rotatie. De belangrijkste aspecten van het beheer zijn:
- Het doel van het meten van gras is om vraag en aanbod op elkaar af te stemmen om de graskwaliteit te maximaliseren.
- Grasmeting stelt Fergus in staat om grasoverschotten en -tekorten snel op te sporen en op deze veranderingen te reageren.
- Grasmeting stelt Fergus in staat om te weten wanneer de bijvoeding in het voorjaar moet worden verminderd of weggelaten.
- Gras is de goedkoopste bron van voer op het bedrijf en moet worden gemaximaliseerd in het rantsoen.
De motivatie van de boer was om zoveel mogelijk melk uit gras te produceren om de productiekosten zo laag mogelijk te houden. Het meten van grasland kan helpen om de hoeveelheid gras in het rantsoen te verhogen door voldoende aanbod op de bedrijven in stand te houden en door in een vroeg stadium besluiten te nemen over bijvoeding of oogst van overtollig gras. De grasmetingen dragen bij aan het beweiden van raaigras in het driebladstadium, voorafgaand aan de aanleg van het vierde blad en bijbehorend kwaliteitsverlies in de plant. Het doel voor elke veehouder in de werkgroep is om opbrengsten van 1.400 kg DS/ha tot 4 cm af te grazen om in de volgende snede weer over kwaliteitsgras te beschikken.
